
Ik ben geboren in een grote stad
Waarvan ik al lang de naam vergeten had
Ik weet ook niet waar ik heden woon
Mijn huisgenoten vinden dat heel gewoon
Ik heb nooit gewerkt en zal dat ook nooit doen
ik ben tevreden, ik heb niet veel vandoen
Met wat ik heb en krijg, kan ik best leven
Ik leef met wat mijn huisgenoten mij geven
Ik heb een thuis en dat is goed
Niemand zegt wat ik moet doen of moet
Met dat alles kom ik heel goed rond
Ach ja, ik ben geen mens.... ik ben een hond.