Aan de rand van de pier
op een afgebroken
paaltje
staat een witte meeuw
ze staart turend over de
zee
alsof ze wacht op bezoek
en tijdje op de linker
poot
dan weer rechts steunend
of het paaltje haar poot
prikt
zou de meeuw zenuwachtig
zijn
een voorbijganger werpt
een stuk brood
de meeuw springt het achterna
vliegt terug naar het
paaltje
daar zit al een andere
meeuw
er ontstaat een gevecht
als een dans
het brood valt weer de
zee in
de meeuwen duiken, een
vis is hen voor
Geen opmerkingen:
Een reactie posten