Iedereen
denk ik toch wel
kent zo’n plekje uit het leven
dat hij
dierbaar koesteren wil
blijft naar top positie streven.
Een
bankje in je eigen tuin
waar herinneringen zweven
van vergane
glorie tijd
die nog immer blijdschap geven.
Een
gebeurtenis diep gegrift
in de brein breed opgeslagen.
Mogelijke
die eerste kus
als een eeuwig welbehagen.
De geboorte van
je kind
’t wonder wat je daar ontmoette
iets van jouw dat
leven werd
wat je krijsend mocht ontmoetten.
Een genezing
onverwacht
die de levenskracht omarmde
als gezin hoopvol
vereend
wondervol intens verwarmde.
Dat eigen plekje in
het duin
toegeëigend als het jouwe
niemandsland pure natuur
’t paradijs in jouw aanschouwen.
Al die plekjes van jou
en mij
zijn als gouddraad ingeweven
glinsteren in het
zonnelicht
als in marmer ingedreven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten